Kaapstad - Swellendam

Bij het verlaten van Kaapstad zijn we langs de sloppenbuurten gereden. Langs de snelweg stonden zo ver als je kon kijken huisjes, formaat tuinhuisje, met hier en daar een schotel op het golfplaten dak. Ondanks dat het een sloppenbuurt is, heeft men wel electriciteit, riolering en stromend water, maar je zou er je hond nog niet laten wonen. Vervolgens verder langs de vele wijnlanden zijn we naar Stellenbosch (1) gereden. Hier hadden we even tijd voor ons zelf. Vlak voordat ik een Billabong winkel binnen ging was het 09.30u, toen ik ging afrekenen was het opeens 10.15u en op dat tijdstip had ik terug moeten zijn in de bus. Ik voelde me behoorlijk lullig en mijn gevoel voor richting liet me ook nog eens in de steek. Uiteindelijk terug bij de bus heb ik maar heel hard 'sorry' gezegd en volgens mij ben ik er mee weg gekomen. I just lost track of time in the shop, maar dat heb ik ze natuurlijk niet verteld. We zijn door gereden naar wijngaard Blaauwklippen, waar we al om 11.00u aan een wijnproeverij zaten. De wijn werd gecombineerd met chocolade en het was interessant om te proeven dat de smaak van de wijn veranderde door de combie met de chocolade, niet altijd ten goede trouwens. Hierna hebben we nog een (erg) korte 'rond'leiding gekregen door de wijnkelder, dit had van mij achterwege mogen blijven. Na Stellenbosch was het tijd om via Somerset West naar Hermanus (2) te rijden, waar we de lunchstop hadden. Na Hermanus zijn we via de Houwhoekpas in ongeveer 2 uur naar guesthouse Aanhuizen in Swellendam (3) gereden. Johan had vertel dat er voor vanavond biefstuk van de braai op het menu staat, dus hebben we bij Blaauwklippen twee flessen Malbec 2010 (rode wijn) gekocht. Ik gok dat dit wel een goede combie is.

1) Stellenbosch, 46km ten oosten van Kaapstad, wordt gekenmerkt door lanen met 300 jaar oude eiken. De Afrikaanse naam van het stadje luidt dan ook Die Eikestad. Een van de eerste dingen die VOC-commandeur Simon van der Stel deed toen hij in 1679 op de Kaap aankwam, was het gebied rond de Eerste Rivier verkennen, waar hij een betoverende vallei aantrof. Binnen een maand verscheen deze op de kaart als Stellenbosch, de eerste van verschillende plaatsen op de Kaap die hij naar zichzelf of familieleden zou noemen. De VOC gaf Van der Stel opdracht het binnenland van de Kaap toegankelijk te maken en spoedig vestigden de eerste vrije burghers zich in Stellenbosch. Twee decennia later was Stellenbosch een voorspoedig, semifeodale gemeenschap, die werd beheerst door landeigenaren. Rond 1900 had Stellenbosch meer dan 1000 huizen en enkele behoorlijke grote landgoederen. Vele ervan staan er nu nog. Stellenbosch ligt op de langste en oudste wijnroutes van de Kaap. In de stad vindt je ook de Stellenbosch Universiteit, Afrika's meest prestigieuze onderwijsinstelling.

2) Hermanus, aan de ene kant begrensd door rotsachtige kliffen en aan de andere door bergen, ligt in de noordelijkste punt van de Walker Bay, een beschutte inham waar walvissen hun kalveren baren. Ongeveer vanaf juli verschijnen zuidkapers in de warme, beschutte baaien van de West-Kaap. De stad noemt zich trots de walvishoofdstad van Zuid-Afrika. Er loopt zelfs een officiele walvisomroeper rond (de enige ter wereld) met een hoorn van gedroogde kelp, waardoor hij roept als hij walvissen ziet.

3) Deze op 2 na oudste blanke stad in Zuid-Afrika werd in 1745 gesticht door baron Gustav van Imhoff, een hoge piet van de VOC. Hij maakte zich grote zorgen over de 'morele degeneratie' van burghers die steeds verder van Kaapstad wegtrokken, waardoor de VOC geen controle meer over hen had en tevens over het verlies van inkomen van deze 'zwervers': de verzuimden de VOC te betalen voor het land dat ze toegewezen hadden gekregen en knoeiden met hun jaarlijkse belastingaangifte. Het dorp groeide uit tot een welvarende plattelandsstad, die bekend was om haar wagenmakerijen en vanwege het feit dat ze de laatste 'beschaafde' plaats was die de trekboers aandeden voordat ze het binnenland introkken. Met de hieruit verkregen inkomsten werden fraaie huizen gebouwd, waarvan er veel in rook opgingen bij de brand in 1865, die een groot deel van het stadscentrum verwoestte.