Dominical - Turrialba

Vanmorgen zijn we vertrokken in de richting van Turrialba.(1) Ik vond het jammer om Dominical te verlaten, omdat er juist vandaag een surf contest gehouden werd. Vanuit Dominical zijn we door het gebied Cerro de la Muerte (2) gereden, dit gebied staat bekend om de nevelwouden. Onderweg hebben we even een plasstop gemaakt. Omdat het Pasen is, zijn alle wegrestaurants en winkels gesloten. Gelukkig mochten we toch bij een hotel even gebruik maken van het toilet. Buiten bij het hotel stonden bosjes met felgekleurde bloemen. Hier vlogen enkele kolibrie's rond, waar ik een paar mooie foto’s van heb kunnen maken. De ‘waakhond’ van het hotel was een schatje (zie foto). Vanwege Pasen reden we langs een aantal processies. Het was niet erg indrukwekkend, de mensen uit de dorpjes langs de weg hadden zich verzameld. Ze stonden op een bepaalde plaats te bidden of liepen achter iemand aan die een groot houten kruis droeg. Na enkele uren te hebben gereden zijn we in Cartago (3) gestopt bij de Basilica de Nuestra Senora de los Angles (4) in Cartago, vlak daarvoor waren we langs 'las Ruinas de la Parroquia' gereden. Na de stop in Cartago zijn we door gereden naar ons hotel Guayabo Lodge in Turrialba. Onderweg was onze chauffeur nog gecontroleerd door de politie. In Costa Rica schijn je voor elk vervoermiddel dat je bestuurd (bus, kleine bus, grote bus, vrachtauto, enz) een apart rijbewijs te moeten hebben. De chauffeur had het juiste rijbewijs wel bij zich, alleen deze was verlopen. Hij had inmiddels een nieuw exemplaar, maar die was hij vergeten mee te nemen. Conclusie: een boete van 200 dollar (gemiddeld maandsalaris van onze chauffeur: 600 dollar). Ook wilde de agent de nummerplaat van de bus halen als een soort van onderpand tot de boete betaald zou zijn. Vreemde praktijken in Costa Rica…

(1) Turrialba is de naam van het vijfde kanton in de provincie Cartago in Costa Rica. Het kanton heeft een oppervlakte van 1,642.67 vierkante kilometer (634,24 sq mi), en heeft een bevolking van 78 217. De hoofdstad van het kanton, Turrialba, is een klein stadje met een bevolking van 25 886. Turrialba is de 11e grootste kanton onder de 81 kantons dat Costa Rica omvatten. De regio is de thuishaven van de actieve vulkaan Turrialba.

(2) De Cerro de la Muerte dankt haar lugubere naam aan de landbouwers uit San Isidro die vroeger te voet en te paard slecht voorbereid, soms op blote voeten en zwaar beladen met ogederen en kuddes varkens de pas overtrokken naar de markten van San Jose. In de jaren 1920 bezweken veel handelslui aan de kou en ontberingen tijdens de dagenlange tocht van ruim 120 km tussen beide plaatsen of vielen in de afgrond. De Inter-Americana is pas in 1920 over de pas doorgetrokken en was aanvankelijk niet veel meer dan een karrespoor.

(3) Cartago is een plaats in Costa Rica en werd gesticht in 1563 door de Spanjaard Juan Vasquez de Coronado. Het oorspronkelijke dorp lag tussen de rivieren Coris en Purires, enkele kilometers ten zuidwesten van de huidige stad. Met 141.524 inwoners (2003) is het de tweede stad van het land na de hoofdstad San José. Deze locatie was echter een zeer slechte keuze, gezien het feit dat de nederzetting zo vaak getroffen werd door overstromingen dat het bekend was als "Slijkstad". In 1572 werd dan ook beslist de bevolking over te brengen naar het huidige San José. Ongeveer twee jaar later, werd de bevolking weer verplaatst naar de huidige stad Cartago, die de hoofdstad van de Spaanse provincie Costa Rica bleef gedurende de hele koloniale periode.

(4) De oorspronkelijke kerk uit 1575 raakte bij de aardbeving van 1841 zwaar beschadigd en in 1910 volgde weer een beving, waarbij alleen de muren zijn blijven staan. Binnen deze muren heeft men een mooi kerkhof aangelegd, begroeid met bougainvilles (Las Ruinas de la Parroquia).De huidige basiliek is op een andere plaats in neobyzatijnse stijl gebouwd (1926) en is gewijd aan Maria, de beschermheilige van Costa Rica. De basiliek is een van de weinige mooie historische gebouwen die Costa Rica rijk is. Deze basiliek is vooral bekend om het beeld van ‘La Negrita’. Het is een bedevaartsoord waar mensen naartoe komen om te bidden voor genezing van zichzelf of familieleden. Achter de kerk is een speciale ruimte gebouwd waar beeld van ‘La Negrita’ is opgesteld. De schrijn van de heilige ligt vol offers, achtergelaten krukken, kunstbenen en andere voorwerpen die getuigen van haar helende werking. Op 2 augustus 1635 is hier immers de zwarte maagd aan het volk verschenen en ieder jaar op deze dag is er een geweldig drukke bedevaart waarbij het de gewoonte is de 22 kilometer tussen San José en de vroegere hoofdstad te voet te overbruggen. Het laatste stuk, van aan de ingang van de basiliek tot aan het altaar wordt dan op de knieën en biddend afgelegd. Onder de basiliek bevindt zich een ruimte waar de wanden bedekt zijn met duizenden kleine zilveren afbeeldingen van genezen lichaamsdelen.